Elk jaar op 5 juni wordt mondiaal aandacht geschonken aan ons leefmilieu via de ‘Internationale dag van het milieu’. Voor de redactie van het Spaanse Correos aanleiding om in juni de waarde ‘duurzaamheid‘ centraal te stellen. Men stelt zich de vraag hoe men de ecologische voetafdruk van de pelgrim op de camino tot een minimum kan reduceren.

 

Hopelijk is de tweespalt sinds Al Gore’s ‘An Inconvenient Truth’ in believers en non-believers voor de pelgrim geen echt issue meer en mag het tot het profiel van de ‘ware pelgrim’ gerekend worden dat pelgrimeren en bekommernis om het leefmilieu onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn.

 

Caminowaarde van de maand juni: de duurzaamheid

De ‘Federación de Asociaciones de Amigos del Camino de Santiago’ heeft daarom de ‘Decálogo de buenas prácticas del Peregrino’ opgesteld. Een soort 10 geboden voor goed gedrag, waaruit het respect van de pelgrim voor het leefmilieu moet blijken. Geen schokkende en innoverende inzichten, maar eenvoudige tips die, als ze nageleefd worden, een substantiële verbetering voor het leefmilieu betekenen.

 

De 10 geboden voor de pelgrim m.b.t. het milieu

Aan basis van deze ’10 geboden’ liggen 5 attitudes die de naleving moet faciliteren: engagement, inzicht, respect, volharding en het uitdragen van deze boodschap. Deze 5 sleutels moeten ervoor zorgen dat de pelgrim:

  1. het afval dat hij onderweg produceert uitsluitend in daartoe bestemde containers deponeert, hetzij onderweg, hetzij in de albergue;
  2. zich realiseert dat een lege fles veel minder weegt dan een volle; zo ’n lege fles of blikje gooit hij dus niet zo maar achteloos weg;
  3. twee keer nadenkt voordat hij een spuitbus met drijfgas koopt, waarvan we weten dat dit een zware impact heeft op de ozonlaag;
  4. weet dat er op de camino voldoende en goede signalisatie is; allerhande toevoegingen, hoe goed ook bedoeld, bijdragen aan (visuele) vervuiling;
  5. de vegetatie en de dieren respecteert; dieren voederen en/of bloemen plukken laat hij daarom achterwege;
  6. altijd een zakje bij zich draagt om zijn afval in op te bergen; volle zakjes kunnen in de albergue ingeleverd worden en hij ontvangt er nieuwe;
  7. weet dat water een schaars goed is geworden en het gebruik ervan tot het noodzakelijke beperkt wordt (bij het wassen van de kleding, tanden poetsen, douchen, etc.)
  8. eventuele lekken aan kranen of spoelbakken van WC ’s meldt bij de hospitaleiro;
  9. het gebruik van energieverslindende elektrische apparatuur in de albergue beperkt tot het strikt noodzakelijke; denk hierbij aan de wasmachine (samen wassen?), de droogkast (samengebruik?), koelkast (deur gesloten), centrale verwarming (21 graden volstaat) en airco (26 graden is ook nog aangenaam);
  10. het gebruik van het licht beperkt (er zijn zelfs – batterijloze – zaklampen).

Voel jij je uitgedaagd om hieraan gevolg te geven?