7 juli 2013: van Le Puy-en-Velay naar St-Privat-d’Allier.
Vanaf 05.00 uur kun je in het grand séminaire al terecht voor het ontbijt. We hielden het op 06.30 uur. De hospitaleiros van Le Puy hadden ons gisteren op het hart gedrukt om vooral rustig aan te beginnen, want het verlaten van Le Puy (600 m) gaat gepaard met een steile klim (750 m) over een asfaltweg de stad uit. Dat leverde, ondanks de heiige lucht, een schitterend gezicht op. Na de klim uit het stadje krijg je een mooi panoramisch zicht op de drie bakens van Le Puy, elk op een oude vulkaankegel: de kapel van Saint-Michel d’Aiguilhe, het standbeeld van Notre-Dame de France en de kathedraal.
Via dorpjes, nou ja gehuchtjes van enkele in basaltsteen opgetrokken huizen, zoals Vals-Près-le-Puy, Saint Christhope sur Dolaison (900m), en Bains (975 m), loopt de weg geleidelijk aan omhoog over een kalkplateau, om vervolgens weer lichtjes te dalen naar St-Privat-d’Allier (895 m). In Montbonnet met zijn St. Rochuskapel, blijkt de enige voorziening onderweg voor eten en drank gesloten te zijn tot en met … 7 juli! Op mijn vraag waar er verder op een bar te vinden is, antwoordt een lokale bewoner laconiek dat dit pas het geval zal zijn na 12 km, op onze eindbestemming van vandaag! In onze gids staat er geen waterpunt vermeld. Beekjes zijn op dit kalkplateau nauwelijks te verwachten en de weinige die er zijn, zullen wellicht geen ‘eau potable’ opleveren in dit landbouwgebied. We zullen het moeten doen met de uit Le Puy meegenomen watervoorraad.
We wandelen hier op een hoogte tussen 900 en 1100 meter veelal in weidegebied dat afgescheiden wordt met ingestorte en slecht onderhouden stapelmuurtjes, die provisorisch (?) vervangen zijn door draden. De muurtjes doen dienst als ‘bodem’ voor struiken als hondsroos, vlier en sleedoorn.
Op verschillende plaatsen lezen we waarschuwingen dat de strook die er volgt ontraden wordt bij langer durende regenval vanwege zijn moerassige ondergrond. Daar hoeven we bij 28 graden niet voor te vrezen. Waar we wel voor moeten vrezen zijn de vele insecten die zich in deze gebieden ophouden en na enige tijd hebben we enkele heel vervelende prikken te pakken. Mijn (extra gevoelige) linkerarm zwelt behoorlijk op en in een mum van tijd vertoont mijn arm alarmerende uitslag van pols tot oksel. Gelukkig blijkt de uitslag een uurtje na aankomst te milderen, zodat de aanvankelijke overweging om een arts te raadplegen, niet meer aan de orde is.
Omstreeks 14.00 uur duikt St-Privat-d’Allier, hoog boven de Allierkloof op. We gunnen ons ruim een uur op een terrasje om bij te komen en bij te drinken. De Zwitserse jongedame met de opengesneden wandelschoenen (halgus falgus) die ons onderweg passeerde, treffen we opnieuw op het terrasje en later in ons onderkomen van vannacht.
De keuze voor de Hospitalité chrétienne Pélerins d’Emmaus blijkt achteraf een goede keuze te zijn. De uitbaters, een gepensioneerd én gepassioneerd echtpaar, hebben elkaar leren kennen op de Camino Francés. Uit dankbaarheid ( “de Camino heeft ons veel gegeven“) willen zij iets terugdoen voor de pelgrims. Op onnavolgbare wijze lieten zij ons ervaren wat warme gastvrijheid is. Ook al lieten zij niet na de waarden die hen drijven impliciet én expliciet te verwoorden, zij deden dat nooit op een opdringerige of fanatieke manier. Integendeel, ook interne kritiek bleef niet achterwege (“de kerk staat onvoldoende in de wereld“) Even gul was de door de vrouw des huizes bereide en geserveerde maaltijd. Samen met twee Zwitsers, een Fransman en twee Duitsers genoten we van een heerlijke groene linzen salade vooraf, een plaatselijke specialiteit, vervolgens een vegetarisch wortelgerecht en om te eindigen een keur van plaatselijke kazen en vers fruit. Water en wijn toe. Kosten voor maaltijd, ontbijt en verblijf? Donativo!
Om 10.00 uur ligt iedereen in bed. We slapen met z’n zessen op een slaapzaal. Voor Angelique en ik is er een dubbel bed. Als er al vannacht gesnurkt wordt, zullen weinigen daar last van hebben want het was een afmattende dag.
Comments are closed.