6 juni 2015: van San Vicente de la Barquera naar Buelna.

Vandaag is het er dan toch van gekomen: regen onderweg. Geen grote hoeveelheden, maar toch voldoende om de poncho boven te halen. Wat een gedoe als je alleen bent. Hoe krijg je dat ellendig ding aangetrokken zodat het ook je rugzak bedekt? Niet dus! Na 10 minuten sukkelen heb ik het opgegeven en de cover over mijn rugzak getrokken, poncho aan en rugzak over de poncho. Hoe doen anderen dat? Nochtans was ik op dat moment nog maar op 3 kilometer van mijn eindbestemming voor vandaag.

De albergue van San Vicente de la Barquera.

Ik was blij toe dat ik vanmorgen op een deftig uur uit de albergue van San Vicente kon vertrekken. In de eerste plaats heeft de albergue wel iets van haar glans verloren. De hoge leeftijd begint het echtpaar hospitaleiros Louis en Sofia parten te spelen. Een beetje nukkig, geen bereiding meer van de avondmaaltijd en mopperen over het verdwijnen van de ware pelgrimsgeest. Komt daarbij dat ik een vreselijke nacht achter de rug heb. In de kleine slaapruimte, waarin zo ’n 20 personen sliepen, had ik het ‘geluk’ dat ik zowel boven mij als naast mij, snurkers had die niet om aan te horen waren. Ik heb deze nacht zeker niet gesnurkt, want ik heb amper geslapen. Het ontbijt, inbegrepen in de overnachtingsprijs van 10 euro, maakte dan weer veel goed. Lekker geroosterd brood, heerlijke koffie en smakelijke pruimenjam.

Op weg naar Unquera protest van de ‘groenen’ in een groene omgeving.

Na een paar stevige klimmen arriveerde ik omstreeks 11.30 uur al in Unquera, een weinig zeggend plaatsje, maar wel met alle voorzieningen. In een van de vele barretjes een kop koffie gedronken en geproefd van de plaatselijke specialiteit: corbatas (bladerdeegkoekjes). Daarvóór was ik getuige van een wielerspektakel, ik veronderstel een soort recreatieve toer, waaraan meer dan 1.000 fietsers deelnamen.

Op weg naar Unquera werd ik ingehaald door honderden wielrenners/recreanten.

Unquera is het laatste Cantabrische dorp op de camino. De rivier de Deva vormt de grens. Bij het verlaten van Unquera krijg je wel een kuitenbijter voorgeschoteld. Een mooi pad naar Colombres, maar met een serieus stijgingspercentage. De mooie omgeving en de muziek waarnaar ik op dat moment luisterde, maakten deze helling zeer goed verteerbaar. Eens boven zie je in de verte de Quinta Guadelupe, een mooi herenhuis met blauwe gevel, één van de getuigen van de Latijns-Amerikaanse architectuur die in Colombres relatief veel voorkomt. Op een terrasje in Colombres trof ik de twee Amerikaanse jongeren aan, die ik voorgaande dagen even gesproken had. Eén van hen had serieuze voetproblemen en daarom hadden ze besloten vandaag een rustdag in te lassen. Zelf voel ik de conditie van dag tot dag verbeteren. Geen blaren of andere lichamelijke ongemakken en bij aankomst had ik de laatste 2 dagen het gevoel dat er nog voldoende reserves waren. Hopen dat dit zo blijft, niet overmoedig worden, want het is nog even tot Santiago (440 km).

Brug over de Deva. Aan de overkant begint Asturië. Vanaf hier verandert de bewegwijzering: waar de lijnen samenkomen in de geelblauwe schelp is de goede richting.

IMG_7968-BorderMaker

In de verte het opvallende Quinta Guadalupe, sinds 1987 museum en onderzoekscentrum met betrekking tot de migratie van de Asturiërs naar Zuid-Amerika.

IMG_7978-BorderMaker

Nog een voorbeeld van de Latijns-Amerikaanse architectuur die je in Colombres aantreft.

De laatste 7 kilometer naar Buelna waren zeker niet onaangenaam met, zoals al eerder aangegeven, de regen als dissonant. In amper anderhalf uur behoorde ook dat traject tot het verleden. Buelna zelf stelt op zichzelf niet zo veel voor. Een doodgewoon plaatsje, weliswaar met een grote albergue die pas een jaar open is. Ze past qua afstand prima in mijn schema en voor 15 euro kan ik er slapen, vanavond warm eten en morgen het ontbijt gebruiken.

Nu Buelna ook een albergue heeft moet je niet meer tot Llanes lopen om onderdak te vinden.