30 april 2014: van Livinhac-le-Haut naar Figeac.

Ons voornemen om vandaag tijdig op pad te gaan werd doorkruist door gastheer Andrea, die zijn afwezigheid van gisterenavond ruim wist goed te maken. Zelfbewust, niet helemaal onbescheiden, maar open en oprecht, zo leerden we Andrea deze ochtend kennen. Bevlogen als het ging over het welzijn van onze planeet en scherp over de manier waarop de mensheid bezig is met het beschadigen van dat wat ons het meest dierbaar zou moeten zijn, namelijk onze leefomgeving. Gezond eten, ‘organic food’, is voor Andrea de basis voor gezondheid en geluk. Met de nodige humor en in zijn communicatie voortdurend balancerend op de grens tussen ernst en ‘joke’, was Andrea aangenaam gezelschap. Getuige hiervan o.a. zijn speciale stempel voor ons stempelboekje. Vooraf vroeg hij of we zeker wisten of we een zeer persoonlijke stempel wilden, waarna hij voor een verrassende stempel zorgde. (Ga daar heen om erachter te komen ☺).Alvorens te vertrekken moesten we nog een cappuccino drinken (“Fransen kunnen geen lekkere koffie bereiden“, grapte hij) en kregen we een tablet biochocolade toegestopt voor onderweg. Kosten voor het hele verblijf: donativo.

Andrea (2e van rechts): een zeer bijzondere gastheer

Toen we omstreeks 10.00 uur Livinhac verlieten en geconfronteerd werden meteen uitermate modderig pad, wisten we nog niet dat dit de voorbode was van een hele dag ploeteren in de modder. La boue’ , kilometers en kilometers modder, soms tot aan onze enkels! De regen van de vorige weken was aanhoudend en overvloedig geweest en had dit deel van de Via Podiensis herschapen in een meedogenloos zuigend pad dat iedere volgende stap zwaarder maakte en je het gevoel gaf dat de aantrekkingskracht van de aarde nimmer groter was dan hier.

Andrea (2e van rechts): een zeer bijzondere gastheer

Na 6 km ploeteren bereikten we Montredon waar we even halt hielden bij de église Saint-Michel. Onze opgetogenheid in verband met een stuk verharde weg was van korte duur, want ook de volgende 10 km tot SaintFélix was het zwoegen geblazen op een zompige ondergrond. Na een bezoekje aan de romaanse kerk van Sainte-Radegonde zetten we koers naar Saint-Jean-Mirabel. Dat Frankrijk trots is op zijn ‘Grande Boucle’ bleek eens te meer in dit onooglijk kleine plaatsje. Een racefiets als standbeeld moest eraan herinneren dat in 2004 hier de Tour de France passeerde.

église Saint-Michel

souvenir aan ´ la Grande Boucle´

heerlijke rustplaats ergens onderweg

De laatste 8 km naar Figeac gingen hoofdzakelijk over verharde weg en na een behoorlijk zware dag waren we blij dat we omstreeks 17.00 uur op de Place Champollion een koel biertje konden drinken. Het was aardig toeven in dit middeleeuws handelsstadje, waar de typische huizen in zandsteen met houten balken en de vele oude straatjes en steegjes aan deze periode herinnerden. Natuurlijk troffen we er ook vele verwijzingen aan naar de beroemdste telg van Figeac, Jean-François Champollion, de Franse taalkundige en grondlegger van de egyptologie, die beroemd werd doordat hij erin slaagde het Egyptische hiërogliefenschrift te ontcijferen nadat hij het raadsel van de steen van Rozetta had opgelost. Het was helaas te laat om het Musée Champollion, ondergebracht in zijn geboortehuis, nog te bezoeken.

le vieux Figeac

le musée Champollion

Samen met een groep Franse randonneurs, een Amerikaan en een Koreaan overnachtten we in een veel te dure gîte. Tijdens de gezamenlijke maaltijd werd er vrolijk op los gespeculeerd wat een Koreaanse wandelaar/pelgrim, die slechts enkele woorden Engels spreekt en er verwoed op los fotografeert, hier op de Via Podiensis doet en zoekt. De Fransen waren het erover eens dat hij een reportage maakt voor zijn land….