28 mei 2012: van Orisson naar Roncesvalles

Na een karig ontbijt (schijfjes stokbrood met jam) al om 8 uur op stap. De klimmen van gisteren zaten nog vers in het geheugen en als dat niet zo was, dan liet de confrontatie niet lang op zich wachten.

horloge vergeten, extra dalen en klimmen

En toch, het leek vandaag werkelijk beter te gaan. Kilometers klimmen in mijn eigen tempo, veel ingehaald worden, maar soms ook iemand inhalen. Zoals een Bretoens echtpaar dat al 5 weken vanuit de Franse startplaats Le Puy-en-Velay onderweg was. In hetzelfde tempo naar boven en gezellig keuvelen. Dat doet wonderen. Enkele 10-tallen meters daarvoor liep hun zoon die zich sinds gisteren bij hen had gevoegd en een 2-tal weken zou meelopen (’s anderendaags kwamen we hen weer tegen en bleek de zoon niet in staat verder te gaan wegens een ontsteking aan de voet). Enkele kilometers verder haalden we een Canadese vrouw in. Zij zou samen met haar vriendin, die aan kanker leed de tocht maken, maar moest haar alleen laten vertrekken omdat zijzelf even voor de vertrekdag geveld werd door een voedselvergiftiging. Misschien kon ze haar nog inhalen.

boven de boomgrens

col d’Ibaneta is bedwongen

Even voor de Frans/Spaanse grens in de verte een hoopje volk bij elkaar. Bleek een handelaar te zijn die zich met zijn ‘camionette’ daar geposteerd had en eieren, kaas en frisdranken verkocht. Als aardigheidje hield hij op zijn camionette bij uit welk land er hoeveel pelgrims kwamen. Wij waren de eerste Belgen vandaag. Ook maar een eitje gekocht en bij het afrekenen bleek de ‘Franse’ handelaar zo waar een Nederlander te zijn! Franse bus, Franse kaas en eieren, maar slechts een handvol Franse woorden. Het bloed kruipt…. Bleek hij ook nog stempels uit te delen. Heb ik zowaar een stempel van de kaasboer in mijn stempelboekje!

Nederlandse handel: ook in de Pyreneeën

Op naar de Col de Lepoeder (1410 m), het hoogste punt van deze etappe. Daarna 8 km dalen met stukken van om en nabij de 20%. Bart was zo aardig om mij fijntjes erop te wijzen dat ik dalen toch zoveel gemakkelijker en aangenamer vond en informeerde langs zijn neus door of ik nog steeds hetzelfde hierover dacht.

nog kilometers dalen naar het klooster (albergue) van Roncesvalles

 Omstreeks 15.00 uur kwamen we toe in Roncesvalles. Dit rond de 11eeeuw gestichte klooster is nog altijd één van de belangrijkste mijlpalen van de camino. De buitenkant is mooi gerestaureerd (behalve het dak dat met zijn metalen platen het geheel een beetje ontsiert). De albergue heeft een ware facelift ondergaan. Veel natuursteen, witte muren en mooie houtren vloeren. Slaapzalen van 40 bedden die slim opgesplitst zijn in compartimenten van 4 bedden. Binnen bereik kraaknette toiletten en douches, mogelijkheden voor hand- en machinewas en vriendelijke hospitaleros. Bijna te veel luxe voor de pelgrim!

De rest van de middag gezellig met Bart op het terras gezeten van één van de 2 restaurantjes die Roncevalles rijk is. De nodige plaatselijke Navarrawijntjes gedronken en heel gezellig met elkaar gebabbeld.

na gedane arbeid….

 Voor de avondmaaltijd deelden we de tafel met twee Amerikaanse vriendinnen uit Californië (“Obama is O.K., but we need a strong leader such as a Franklin D. Roosevelt”) en een jong Japans stel uit Tokio (“Japan is still OK”). Om 20.00 uur naar de pelgrimsmis. Menig pastoor van bij ons zou zijn kerk op zondag zo gevuld willen zien (hierbij in aanmerking nemend dat Roncevalles slechts 18 inwoners telt!). Indrukwekkende dag!

na de pelgrimsmis en -zegen