14 juni 2016: van Melide naar Arzúa.

Song: Astral Weeks – Van Morrison

Gedachte van de dag: moeten we voor alles een verklaring zoeken (en vinden)? Is het vaak niet beter gewoon te aanvaarden dat de zaken zijn zoals ze zijn, ze te ervaren en je over de dingen te verwonderen?

Weer: Zwaar bewolkt bij vertrek, regelmatig regendreiging. Later op de voormiddag ook effectief regen. Na aankomst felle regen.

Ook vandaag werd ik pas om 7 uur wakker. Ik had dan ook geen last van medepelgrims, want er was slechts 1 pelgrim in dezelfde slaapzaal. In totaal waren er in de albergue, die plaats biedt voor 36 pelgrims, slechts 8 pelgrims aanwezig. Merkwaardig! Ik heb dan ook rustig de tijd genomen om te ontbijten en daarna op pad te gaan. Gisterenavond heb ik het advies in de reisgids gevolgd en de pulpería Ezequiel bezocht. Volgens de gids mag je die als pelgrim, verblijvend in Melide, niet missen. Een zeer gewoon restaurant, dat qua inrichting eerder op een cafetaria lijkt (tafels en banken) dan op een restaurant. Toch kun je meteen merken dat hier omzet gedraaid wordt. Het is er niet barstensvol, maar er komen en gaan regelmatig klanten. Een pelgrimsmenu kun je er niet krijgen en de prijzen liggen ook wat hoger dan in de bars die een pelgrimsmenu aanbieden. Ik at er een lekkere ‘Caldo Gallego’, die wel iets warmer had mogen zijn, en een overheerlijke portie pulpo. De wijn werd geserveerd in witte porseleinen kommetjes (tazas de vino gallegas) hetgeen bij mij – en ik zag dat later ook bij andere klanten – een wat onwennige reactie opriep. Waarvoor dienen die kommetjes? Wanneer komen de glazen? Het personeel dat klaarblijkelijk bekend is met dit fenomeen riep regelmatig, nog voor de klant daadwerkelijk iets had gevraagd, dat het ‘muy bien’ was en ‘típico Gallego’. Als postre ging ik verder in Galicische stijl en koos voor een plaatselijke kaas met membrillo, een zoete gelatine-achtige spijs, die goed contrasteerde met de droge, ietwat zurige kaas. Van de zaak kreeg ik gratis een Licor 43 toe.

Pulpería Ezequiel

De drukte op dit deel van de camino Francés viel vandaag reuze mee. Ja, er waren wel degelijk meer pelgrims dan de voorgaande dagen, maar de pro-cessies die ik vorige jaar hier zag, bleven achterwege. Vrij kort na de start in Melide bezocht ik een kerkje waarvan ik me niet kon herinneren dat ik dat voorgaande jaren gezien had.

Dat overkwam me vandaag overigens meerdere keren. Het is nu toch al de 3de keer dat ik dit deel van de camino loop en toch zie ik nieuwe dingen! Zo ook zag ik bij de gemeentelijke albergue van Melide een herdenkingsplaat voor een Nederlandse pelgrim die hier vandaag, dag op dag 20 jaar geleden, overleed.

Exact 10 jaar geleden….

Ik heb in het verleden wellicht iets te vaak gedweept met het feit dat ik tot vóór deze camino slechts twee echte regendagen meemaakte in al mijn voorgaande caminos. Vandaag was het dus opnieuw prijs. Om het lot niet te veel te tarten startte ik niet in regenkleding. Dat kon ik ongeveer een uur zo houden, maar toen viel er toch te veel hemelwater om te volharden. Ik probeerde nog even uit te stellen door wat langer halt te houden bij één van de vele bars die vandaag aan de route lagen. Dat hielp even, maar toen moest de poncho toch aan en weer was het een Italiaanse pelgrim die me hierbij het noodzakelijke handje kon helpen. Ondertussen was ik het plaatsje Boente al gepasseerd en zat vlakbij Ribadiso.

De schitterend gelegen albergue in Ribadiso de Baixo, helaas nu door het miezerige weer iets minde tot haar recht komend.

Persoonlijk blijf ik dit gehuchtje een romantisch plaatsje vinden met o.a. een albergue in hoevestijl vlakbij een rivier. Ik herinner mee dat ik hier 4 jaar geleden overnachtte en die avond mijn pijnlijke voeten uren in het heerlijk kabbelend riviertje koelde. Ook was het hier waar ik voor het eerst de pimientos de Padrón proefde, vanaf toen mijn favoriete voorgerecht als ik in Galicië ben. Opeens merkte ik langs de weg een grazende ezel. Naderbij gekomen stond er ook een tentje en even later werd het plaatje compleet. Het betrof een Italiaanse pelgrim die onderweg was naar Santiago met zijn ezel. De ezel had evenwel een rugblessure als gevolg van de bagage en had nu een 3-tal dagen rust nodig. Opmerkelijk!

Na nog een paar kilometer door een rustige en mooie natuur gewandeld te hebben dook Arzúa op. Een middelgrote plaats die in grote mate profiteert van de aanwezigheid van de camino. Want behalve de inmiddels samengekomen camino Francés en camino Primitivo, komt hier in Arzúa ook de camino del Norte bij de Francésroute. Dit deel van de route wandelde ik vandaag samen met een sympathieke Alsacien, die al vanaf 1 februari vanuit zijn woonplaats onderweg was. Echt bijzonder was dat hij de hele route afgelegd had met zijn hondje dat er nog bijzonder fit bijliep. Voor het merendeel van de overnachtingen moest hij beroep doen op zijn tentje, want honden zijn in weinig albergues toegelaten. Dat drukte voor hem niet de pret. Hij wandelde inmiddels al meer dan een maand samen met een andere Fransman die vanuit Lourdes aan de camino begonnen was.

Meer dan 2000 km !

Rond 13.00 uur was ik op mijn bestemming in de albergue De Camino in Arzúa. Een nog vrij nieuw onderkomen dat in de late middag ongeveer helemaal volgelopen was. Het valt me op dat zelfs nog na zessen pelgrims langstrekken en dus nog ergens een onderkomen moeten zoeken. Ik hoop dat ze daarin slagen.