1 mei 2018: van Beasain naar Zegama.

Het nieuws wordt tijdens ons hele tocht beheerst door 2 items: de ETA die haar wapens gaat inleveren en de protesten (zie krant) van hevig verontwaardigde vrouwen tegen een recente rechterlijke uitspraak, waarbij de zogn. ‘bende van 5’ slechts gestraft werd wegens aanranding, terwijl het om een duidelijke daad van verkrachting ging.
We hebben een prima nacht doorgebracht in een privékamer, ‘t is te zeggen met z’n tweeën op een slaapzaal van 16 bedden. Geen last van snurkers, slaapwandelaars of vroegvertrekkers: ze waren er geen van allen. De oplettende hospitalero was zo vriendelijk om mijn fototoestel te brengen naar het tegenoverliggende hotel, waar we het ontbijt gebruikten. Toch weer even een confrontatie, want ik maak me af en toe wel eens zorgen om dingen die ik vergeet. Laten we het er maar op houden dat het een vorm van “milde en onschuldige vergeetachtigheid” is, zoals een befaamde Belgische dementie-onderzoekster dit pleegt te noemen.
We zitten op één dag vóór de etappe die door de tunnel van San Adrián leidt. De hospitalero had ons ervan verzekerd dat ook de etappe van vandaag de moeite waard zou zijn, ver weg van de rijweg en met de nodige hoogteverschillen. En inderdaad, vrij snel nadat we Beasain achter ons gelaten hadden, moesten we via een pittige klim het dal uit. De enkele dorpjes die we passeerden waren een fijne afwisseling met de mooie bergachtige omgeving die ons vandaag ten deel viel.
Op een 6-tal kilometer vóór onze eindbestemming kwam er dan toch de voorspelde regen. Misschien hadden we in de voorgaande dagen de weergoden iets te veel uitgedaagd door alsmaar een beetje grappend te doen over de voorspelde regen die er maar steeds niet kwam. Vóór we echter goed en wel de regenkleding uit onze rugzak hadden gehaald en aangetrokken, begon het te minderen en na een klein kwartier klaarde het op en was er ook vandaag geen sprake meer van regen. De regen dié gevallen was zorgde er echter voor dat de steile afdaling even verderop, zonder te overdrijven, levensgevaarlijk was. De grote keien waren spekglad en de onderlinge hoogteverschillen tussen de keien vergden de nodige acrobatie om heelhuids beneden te geraken. We waren dan ook wat blij om na een klein half uur weer op vlak en begaanbaar terrein te komen, terwijl we in de verte de nog besneeuwde bergtoppen zagen die zich ergens in de buurt van de tunnel bevonden. De hospitalero had ons vanmorgen nog gezegd dat er de afgelopen dagen verse sneeuw gevallen was op de bergtoppen die de tunnel omgeven.

In de verte de nog besneeuwde toppen van de Sierra Aitzgorri. Morgen klimmen we naar zo ’n 1.200 meter hoogte.
Op een eenzame wandelaar na hebben we vandaag geen pelgrim gezien. In de enkele kilometers die we samen opstapten vertelde hij ons over de verschillende camino’s die hij in de afgelopen jaren gelopen had. Dus toch een pelgrim (of kun je alleen maar pelgrim zijn als je onderweg bent?)

Zegama, aan de voet van de Aitzgorri, omringd door heuvels en bergketens. Laatste stopplaats vóór de tunnel.
Geen regen, maar wel een (te) frisse temperatuur die ons totnogtoe op onze overnachtingsadressen een onaangename kilte bezorgden. Dat was niet het geval in het plaatselijke hostal Zegama in het gelijknamige plaatsje. De behaaglijke warmte van de centrale verwarming stemde ons tevreden en was een welkome afwisseling.
Klik op de pijl LINKS op deze pagina om naar het verslag van de VOLGENDE dag te gaan.
Comments are closed.